Bijlage 1 Financieel kader

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

In dit hoofdstuk worden de volgende onderdelen van het financieel kader nader toegelicht:
1.1 Onze uitgangspunten
1.2 Ontwikkeling begrotingssaldo
1.3 Vrij Aanwendbare Reserve (VAR)

1.1 Onze uitgangspunten

Terug naar navigatie - 1.1 Onze uitgangspunten
  •  De meerjarenbegroting is structureel sluitend;
  • Om in te kunnen spelen op nieuwe ontwikkelingen houden wij structureel minimaal 5 miljoen euro ruimte voor het volgende college.
  • De minimale stand van de Vrije Aanwendbare Reserve bedraagt 10 miljoen euro;
  • Structurele uitgaven dekken wij uit structurele middelen;
  • Bij inzet van revolverende middelen zijn de gederfde rendementen gedekt;
  • Geld geven we alleen uit als we alle initiële kosten en (eventuele) structurele financiële gevolgen van een activiteit kunnen betalen;
  • Elk voorstel aan Provinciale Staten met financiële consequenties krijgt een financieel solide dekkingsvoorstel mee;
  • Aan het meefinancieren van projecten van anderen stellen we voorwaarden zodat we goed zicht kunnen houden op de resultaten; de verplichting tot verantwoording moet in verhouding staan tot de inspanning die wordt geleverd.
  • Als we financiële afspraken maken met anderen zijn die voor ons hard. Tegenvallers of extra benodigde middelen zijn voor rekening van de partij die deze het beste had kunnen voorzien, en dat is over het algemeen de partij waarmee we die afspraken hebben gemaakt.
  • Voordat we regelingen instellen, kijken we eerst of er niet al elders regelingen voor bestaan.

1.2 Ontwikkeling begrotingssaldo

Terug naar navigatie - 1.2 Ontwikkeling begrotingssaldo

Het financieel kader actualiseren we periodiek. Dit gebeurt naar aanleiding van externe wijzigingen (zoals veranderingen in het provinciefonds) of door besluiten van Provinciale en Gedeputeerde Staten. Vaak stellen uw Staten deze wijzigingen vast bij de behandeling van een begroting, de jaarstukken, of een bestuursrapportage. Daarnaast heeft het college het mandaat om een aantal niet beleidsmatige wijzigingen zelf in de begroting te verwerken. Het betreft hier bijvoorbeeld wijzigingen in het provinciefonds, opbrengst motorrijtuigenbelasting, rendement vermogensbeheer of dividenduitkering. Hieronder geven we de ontwikkeling van het begrotingssaldo vanaf het laatste met u gedeelde P&C-document (2e bestuursrapportage 2022) tot aan de jaarrekening 2022 stapsgewijs weer. 

In de hieronder opgenomen tabel staan de verschillende stappen cijfermatig weergegeven.

Ten opzichte van de 2e bestuursrapportage is een aantal wijzigingen die vallen onder mandaat GS. Het dan onder meer om de aanpassing van de inkomsten voor rente en dividend en de verwerking van de effecten van de septembercirculaire.

Daarnaast zijn wijzigingen onder PS-mandaat doorgevoerd waaronder een aantal amendementen bij zowel de 2e bestuursrapportage als de begroting.

Tot slot is de onderbesteding 2022 opgenomen wat uiteindelijk leidt tot het rekeningresultaat 2022, totaal € 15,2 mln.

Ontwikkeling begrotingssaldo Begroting 2022 Begroting 2023 Begroting 2024 Begroting 2025 Begroting 2026
Bedragen x € 1 miljoen
Begrotingssaldo bij 2e berap 2022 -4,5 -2,6 8,5 19,3 -0,7
GS verhoging opcenten 0,4 0,0 0,0 0,0 0,0
GS rente 0,9 0,0 0,0 0,0 0,0
GS dividend 0,9 0,0 0,0 0,0 0,0
GS onvoorzien 0,5 0,0 0,0 0,0 0,0
GS provinciefonds - effecten septembercirculaire 4,8 1,3 3,1 3,7 7,5
GS nominaal 0,2 0,0 0,0 0,0 0,0
GS provinciefonds - effecten decembercirculaire 0,0 -0,9 0,0 0,0 0,0
PS 29-6-2022 Zero Based Budgetting aanpassing 0,0 0,0 0,0 -0,3 0,0
PS 9-11-2022 2e berap 2022 amendemint 1 'Reparaasje oergong Doarpshuzenregeling nei IMF' 0,0 -0,2 0,0 0,0 0,0
PS 9-11-2022 2e berap 2022 motie 1 'Meer warme kamers in Fryslân' 0,0 -0,1 0,0 0,0 0,0
PS 9-11-2022 begroting 2023 amendement 2 Geld voor uitvoering 'Naar een schone en gezonde leefomgeving' 0,0 -0,2 -0,3 0,0 0,0
PS 30-11-2022 Beliedsnota Ynvasieve Exoten amendemint 01 0,0 0,0 -0,4 0,0 0,0
Begrotingssaldo bij jaarrekening 2022 3,1 -2,7 10,9 22,7 6,8
Onderbesteding 2022 12,0
Rekeningresultaat 2022 15,2

1.3 Vrij Aanwendbare Reserve (VAR)

Terug naar navigatie - 1.3 Vrij Aanwendbare Reserve (VAR)

Hieronder staat de ontwikkeling van de VAR. Conform de afspraak met uw Staten vloeit het rekening- en begrotingssaldo aan het eind van het jaar automatisch in de VAR. Het rekeningsaldo 2022 en de verwachte begrotingssaldi 2022-2026 zijn hieronder opgenomen. 

Aangezien een van de uitgangspunten is dat wij € 5 mln. structurele ruimte willen overhouden voor het college na ons is dit het minimale bedrag dat wij in mindering brengen op de stand van de in te zetten VAR. Daarnaast is afgesproken dat de minimale stand van de VAR altijd € 10 mln. bedraagt.

Daarmee bedraagt het besteedbaar deel van de VAR aan het eind van deze begrotingsperiode (2026) € 167,4 mln.

Toelichting

Terug naar navigatie - Toelichting

De beschikking over de VAR in de komende jaren staat in de tabel hieronder.

Mochten uw Staten besluiten tot het inzetten van het rekeningsaldo 2022 voor middelen in 2023 (resultaatbestemmingen), dan moet dit nog in mindering worden gebracht op de VAR. Het totaal aan voorstellen voor de resultaatbestemming bedraagt € 5,8 mln. waaronder  het doorschuiven van de middelen voor de WTC gebiedsontwikkeling ad € 4,9 mln. 

Als de voorgestelde € 5,8 mln. wordt ingezet, dan bedraagt de stand van de  VAR eind 2026  € 161,6 mln.

VAR (in te zetten) 2022 2023 2024 2025 2026
Bedragen x € 1 mln.
Beginsaldo 251,4 211,2 154,6 158,0 175,7
Beschikking over reserve -55,4 -48,9 -2,5
Begrotingssaldo -2,7 10,9 22,7 6,8
Rekeningresultaat 2022 15,2
Stand op 31/12 inclusief structureel saldo 211,2 159,6 163,0 180,7 182,4
Begrotingssaldo structureel niet in te zetten -5,0 -5,0 -5,0 -5,0
Stand op 31/12 exclusief structureel saldo 211,2 154,6 158,0 175,7 177,4
Minimale stand VAR -10,0 -10,0
VAR (in te zetten) 211,2 144,6 158,0 175,7 167,4